Jezus komt spoedig

Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij. – Joh. 14:6

Artikelen

In dit thema kunt u verschillende artikelen lezen. De artikelen gaan over (algemene) Bijbelse onderwerpen, profetische onderwerpen en onderwerpen die betrekking hebben op misleidende leringen. Ik bid dat het voor u tot zegen mag zijn!

Beijver u om uzelf welbeproefd voor God te stellen, als een arbeider die zich niet hoeft te schamen en die het Woord van de waarheid recht snijdt.
– 2 Timotheüs 2:15

2022-11-08

Wat staat er geschreven over het hiernamaals?

Wat gebeurt er als je dood gaat? Niet zo zeer fysiek, maar wat gebeurt er geestelijk. Waar zul je zijn? In deze studie wordt een poging gedaan om op een rij te zetten wat er zoal gebeurt als je sterft en wat er dan met “de mens” gebeurt. 

In het laatste hoofdstuk van de Bijbel roept God je nog één keer heel expliciet op om te kiezen: “Ga door Mijn poort naar binnen… Óf kies voor de buitenste duisternis waar de honden en de zondaars zijn”. Dat is heel indringend! Het is een zaak van eeuwig leven of de eeuwige dood. In Matt. 7:13-14 is sprake van twee poorten: de nauwe en de wijde poort. De nauwe poort leidt tot het leven en de wijde poort leidt naar het verderf.

In de Bijbel is er op veel plekken sprake van leven en dood. Na de zondeval is de mens “sterfelijk”. Zodra je geboren bent is er al één ding zeker: je zult eens sterven. Maar wat gebeurt er dan als je sterft; als je leven op aarde stopt? Dat is een vraag die ieder mens zal bezighouden. Op veel plekken in de Bijbel wordt gesproken over de dood. De situatie ná de dood wordt ook wel “het hiernamaals” genoemd. In deze studie komen onderwerpen aan de orde die te maken hebben met het hiernamaals. Denk dan aan de dimensies van ons mens-zijn: lichaam, ziel en geest. Maar er worden ook Bijbelgedeelten toegelicht waar zaken beschreven worden in relatie tot “gestorvenen” zoals graf, hemel, paradijs, dodenrijk, hel, opstanding, opname, eerste en tweede dood, eerste en tweede opstanding, oordeel, enz. Verderop zal duidelijk worden dat het nogal wat uitmaakt als je sterft als een wedergeboren Christen of wanneer je overlijdt als een ongelovige zonder relatie met God.

Wat is de mens
In 1 Thess. 5:23 staat dat de mens bestaat uit een lichaam, ziel en geest. Het lichaam is wat zichtbaar is. De ziel en de geest zitten in de mens. De ziel is “de persoon die je bent”. Het is je “persoonlijkheid”. De geest is feitelijk je “levensadem”. Bij de schepping van “de mens”, in Gen 2:7, vormt God uit het stof van de aardbodem Adam. Dat is dan het zichtbare lichaam van Adam. De materie. Vervolgens blaast God Zijn levensadem in de neusgaten van Adam waardoor “de mens” een levend wezen wordt. God blaast Zijn geest in Adam. De geest van de mens is daarmee in staat om een relatie met God aan te gaan; op die manier kan de mens God leren kennen en met Hem wandelen. De geest heeft in deze context dus niets met het verstand van de mens te maken. Het verstand staat juist het geloof in God en Jezus helaas vaak in de weg. Het lichaam, de ziel en de geest vormen de drie-eenheid van de mens op dezelfde manier zoals God ook een Drie-Eenheid vormt als zijnde: God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest. Door Jezus - de Zoon van God - kunnen we als mens ook God de Vader leren kennen; door de Heilige Geest mogen we een relatie met God de Vader en met Jezus de Zoon van God onderhouden.

Oude Testament
In het oude testament is er op veel plaatsen sprake van het sterven van mensen. Het oude testament zegt eigenlijk niet heel veel wat er precies gebeurt met een mens die sterft. Het gaat in de meeste gevallen niet verder dan wat er met het lichaam gebeurt. Een aantal voorbeelden zullen we noemen. Het zijn er veel meer, maar de volgende ter illustratie. Eerst een aantal verzen waar sprake is van het graf of de groeve:
- Gen. 37:35: ik zal treurend naar mijn zoon in het graf afdalen;
- Job 7:21: nu zal ik in het stof liggen, ik zal er niet meer zijn;
- Job 17:13: het graf zal mijn huis zijn;
- Ps. 115:17: al wie in de stilte neergedaald zijn;
- Ps. 141:7: onze beenderen liggen bij de mond van het graf;
- Pred. 3:20: zij zijn allen uit het stof en keren terug tot het stof;
- Ezech. 31:16: toen ik hem in het graf deed afdalen met hen die in de kuil neerdalen.

In al deze teksten is letterlijk sprake van het lichaam dat neerdaalt in het graf. In Pred. 12:7 staat dat het stof terugkeert naar de aarde en de geest terugkeert naar God Die hem gegeven is. Daar is dus naast het lichaam ook sprake van de geest als zijnde de levensadem die naar de Maker terugkeert. In de volgende teksten is steeds sprake van “gestorvenen”. Daar is echter vanuit de grondtekst sprake van “hun schimmen” en dus niet direct van het stoffelijke lichaam. Het zijn teksten waar het gaat over de plaats waar de geesten van de gestorvenen zijn: Job 26:5; Ps. 88:11; Spr. 2:18; Spr. 9:18; Spr. 21:16; Jes. 14:9 en Jes. 26:14. Die plek wordt ook wel het “dodenrijk” genoemd. In Ezech. 32:21 is daar heel expliciet sprake van: “de machtige helden zullen hem (de koning van Babel) toespreken uit het midden van het rijk van de dood”. Dadelijk meer daar over.

In het Oude Testament is bij het sterven in veruit de meeste gevallen sprake van het lichaam dat wordt begraven. Ook al is er sprake van ziel/geest dan wordt er bedoeld dat de mens sterft en dat het lichaam naar het graf gaat en tot stof terugkeert. In het oude testament is sterven onlosmakelijk verbonden met het graf waar ook de wormen en maden zijn. De hoop van de oud testamentische gelovige was helemaal gericht op de opstanding. Van die hoop is bijvoorbeeld sprake in Job 19:25-27, Dan. 12:2 en Jes. 26:19. In deze drie gedeelten is sprake van opstanding/ontwaken uit de dood. In het nieuwe testament is echter pas het volle licht opgegaan over het “hiernamaals”. Paulus zegt daar ook van dat het tot die tijd een “verborgenheid” of een “geheimenis” is geweest. Het hiernamaals is een “tussentoestand”. Het is de plek waar de geest/ziel van de gestorvene naar toe gaat vóór hij of zij zal worden opgenomen. Hierna wordt dat verder toegelicht.

Nieuwe Testament
Alleen God is onsterfelijk; dat staat in 1 Tim. 6:16: “Hij, God, Die als enige onsterfelijkheid bezit”. De gelovige krijgt daar pas deel aan tijdens de opstanding. Dat is o.a. beschreven in 1 Kor. 15:51-53 en 1 Thess. 4:16-18. Waar zijn we dan als we sterven? De discipelen legden het lichaam van de gestorven Jezus in het graf. De geest van Jezus is dus naar de tussentoestand gegaan. In het nieuwe testament zijn twee plekken voor de tussentoestand genoemd: de Hades en het Paradijs.
 
Het is de Heer Jezus Zélf die een inkijk geeft op de tussentoestand van een gestorven mens. In Matt. 10:28 zegt Jezus “wees niet bevreesd voor hen die het lichaam kunnen doden, maar de ziel (of geest) niet kunnen doden”. Met andere woorden: “als het lichaam sterft dan is de ziel/geest nog niet dood”. In Luk. 23:46 roept Jezus: “Vader in uw handen beveel Ik Mijn geest”. Daarna gaf Hij de geest. Ook in Hand. 7:59 roept Stefanus het zelfde: “Heer Jezus, ontvang mijn geest”. Het lichaam zonder de ziel/geest is dood. Dat staat ook letterlijk zo genoemd in Jak. 2:26: “het lichaam zonder geest is dood”. In Openb. 6:9-11 en in 1 Petr. 3:19 is sprake van “zielen en geesten” in een hiernamaals. In Openbaring is dat een plek waar gelovigen “rusten” en in  1 Petr. 3:19 is er sprake van een “gevangenis”. Deze twee varianten komen ook voor in het verhaal van de rijke man en de arme Lazarus in Luk. 16:23. Hier wordt verteld dat de rijke man zijn ogen opslaat in het dodenrijk. Hij ziet aan de overkant Lazarus in de schoot van Abraham liggen. De plek van de rijke man is afschuwelijk pijnlijk; die van Lazarus is een plek van troost. Beide plekken liggen dicht bij elkaar maar een onoverbrugbare kloof scheidt hen (Luk. 16:26)! Vanuit het dodenrijk is blijkbaar de plek van troost te zien. Daarnaast is er sprake van “zien”; er is dus “herkenning”. Lees daartoe ook de geschiedenis van de “verheerlijking op de berg” in Matt. 17 waar Petrus aangeeft Mozes en Elia te herkennen die hij nog nooit had gezien.

Dodenrijk/Hades en Gehenna/hel
De Hades wordt vaak in de Bijbel vertaald met “de hel”. Dat is echter niet juist! De hel wordt in de Bijbel “de Gehenna” genoemd. Ongelovigen zullen pas helemaal aan het einde van de wereldgeschiedenis worden geoordeeld. Dat wordt beschreven in Openb. 20:11-15 en Openb. 21:8. Hier staat geschreven dat iedereen, groten en kleinen, voor de Grote Witte Troon zullen worden gebracht en zullen worden geoordeeld naar hun werken en hun ongeloof. Dat is hun afwijzing van God en Jezus! Daarna worden ze in de Gehenna, de hel, de “poel des vuurs” gegooid. Behalve de zojuist aangegeven plaatsen in Openbaring is ook in de volgende verzen sprake van de Gehenna/hel: Matt. 10:28; Mark. 9:45 en Luk. 12:5.

De Hades is echter het “dodenrijk”. Het is de “plaats der pijniging”. Dat is de plek waar gestorven ongelovigen naar toe gaan en waar ze zullen worden “bewaard’ tot het moment waarop ze zullen worden opgewekt om voor de Grote Witte Troon te verschijnen voor God. In Openb. 20:14 staat zelfs dat de Hades, het dodenrijk, in de hel/Gehenna zal worden gegooid. Daarmee wordt de macht van de dood in de poel van vuur geworpen. De “tweede dood”! In Openb. 6:8 staat dat het “Rijk der doden” achter het grauwe paard aan komt om het vierde zegel-oordeel over de aarde te brengen; dit betreft hier de genoemde “macht van de dood”. De Hades is dus de plek waar ongelovigen zullen zijn vóór hun opstanding om geoordeeld te worden. In 2 Petr. 2:9 staat dat de onrechtvaardigen/ongelovigen bewaard worden tot de dag van het oordeel. Die “bewaarplaats” is de Hades of “het dodenrijk”. De Hades of het dodenrijk kent nog twee benamingen:
- In 1 Petr. 3:19, 2 Petr. 2:4 en Judas 1:6 wordt deze plek “een gevangenis” genoemd.
- In Openb. 9:1, Openb. 20:3 en in Luk. 8:31 wordt het de “put des afgronds” genoemd; in Ps. 55:24 is het “de put van het verderf”.

Behalve de plek waar de gestorven ongelovigen worden bewaard is het dus óók de plek waar gevallen engelen zich bevinden; dus de plek van de demonen. Al met al een plaats waar je NIET wilt zijn…

De Gehenna is de hel, de poel des vuurs waar de ongelovigen ná hun opstanding voor eeuwig naar toe zullen worden verbannen en dus voor eeuwig van God verwijderd zullen zijn. De eeuwige rampzaligheid. De eeuwige straf. In Matt. 8:12 wordt het de plek van “buitenste duisternis” genoemd waar gejammer en tandengeknars zal zijn. Een plek van vuur, pijn, smart en duisternis. Zaken die elkaar wellicht tegenspreken maar die de diepte van het van God gescheiden zijn proberen duidelijk te maken. Een eeuwige werkelijkheid die met ons beperkte aardse voorstellingsvermogen zelfs al vreselijk is om te bedenken.

Paradijs en Vaderhuis en hemel
Wanneer er een plek is waar ongelovigen worden “bewaard”, dan is dat ook voor de gelovigen het geval! Maar wel op een andere veel mooiere plek: het Paradijs. Het Paradijs is in eerste instantie een soort tuin met stromend water en mooie bomen en planten. Na de schepping wandelden Adam en Eva in de “hof van Eden”. Dat werd ook het Paradijs genoemd. God had deze tuin voor de mens bedoeld en het was er volmaakt prachtig. Totdat echter de zonde zijn intrede deed. Het Paradijs werd toen voor de mens verboden terrein en God stuurde hen weg en bewaakte daarna de toegang tot de hof van Eden.

In Openb. 2:7 staat dat “wie overwint zal eten van de Boom des Levens die midden in het Paradijs van God staat. De Boom des Levens is Jezus. In Luk. 23:43 zegt Jezus Zelf tegen de misdadiger aan het kruis: “dat hij heden met Jezus in het Paradijs zal zijn”.  Ze zullen namelijk beiden kort daarop sterven. Het lichaam wordt in het graf gelegd. De geest/ziel zal naar de tussentoestand gaan; naar het hiernamaals. Het Paradijs is de plaats waar gestorven gelovigen naar toe gaan in afwachting op hun opstanding! Jezus staat al ten derde dage op. Gelovigen - vanaf de opstanding van Jezus - zullen wachten tot hun opname zoals beloofd in de brieven van Paulus (1 Kor. 15:51-53 en 1 Thess. 4:16-18). De “overwinning” zoals die in Openb. 2:7 is genoemd is een directe verwijzing naar het moment van de opstanding/opname van de gelovigen.

Het Paradijs is dus de plek van gelukzaligheid in de nabijheid van Jezus, de Boom des Levens. In het nieuwe testament wordt het volgende van het Paradijs verteld:
- Luk. 23:42-43: wij zullen met Jezus zijn;
- Fil. 1:23: als wij heengaan zullen we met Jezus zijn;
- 2 Kor. 5:8: we zullen bij de Heere wonen;
- Joh. 17:24: Ik wil dat waar Ik ben zij bij Mij zijn.

Gestorven gelovigen zijn in de gedachten en daarmee in de nabijheid van Jezus zodanig dat Hij hen zal ophalen op het moment van de Opname. Al deze gelovigen in afwachting in het Paradijs zijn de “overwinnaars”. Zij zijn daar echter nog niet in de “volmaakte” toestand. Hun lichamen liggen immers nog in de graven wachtend op de Opname. Het moment van de Opname wordt in Hebr. 11:40 het moment genoemd waarop lichaam en geest “tot volmaaktheid komen”. Ook Paulus is een keer in het Paradijs geweest zoals hij beschrijft in 2 Kor. 12:4. Hij heeft daar onuitsprekelijke woorden gehoord; het is dus een plaats van gelukzaligheid waar de gestorven gelovigen nu zijn. Tijdens de Opname ontvangen de gelovigen het zogenaamde “opstandingslichaam” zoals Jezus dat ook had toen hij uit de dood was opgestaan. Het ene moment was hij op plek A en kort daarop op een volstrekt andere plaats; dat duidt er op dat Zijn lichaam in een andere dimensie was veranderd. Zowel de gestorven gelovigen/rechtvaardigen als de dan nog levende gelovigen/rechtvaardigen ontvangen tijdens de Opname ook dat nieuwe, verheerlijkte lichaam. Dat lichaam wordt op dat zelfde moment weer verenigd met hun geest die in het Paradijs verbleef. Deze nieuwe - volmaakte - mens zal dan door Jezus naar de hemel gevoerd worden. Naar het Huis van de Vader dat Jezus reeds beloofd had te zullen voorbereiden. Dat staat beschreven in Joh. 17:24: “Vader Ik wil dat waar Ik ben ook zij bij Mij zijn die U Mij gegeven hebt”. Dat is dan de plek die Jezus eerder in Joh. 14:2 beschrijft: “In het Huis van Mijn Vader zijn vele woningen. Ik ga heen om een plaats voor u gereed te maken”.
 
Het “volmaakte” einde
De gelovige kijkt dus uit naar de opstanding/opname waarbij hij een nieuw, verheerlijkt en volmaakt lichaam krijgt dat verenigt wordt met zijn geest en dat zal worden opgenomen in het Vaderhuis. Dat is het moment van de Opname van de Gemeente. In een aparte studie is de toekomst van de Gemeente uitgebreid toegelicht. Allereerst betreft dat de periode waarin de Gemeente zal trouwen met het Lam: “de bruiloft van het Lam”; hier zullen de gelovigen uit het oude testament als “gast” bij aanwezig zijn! We zullen verenigd worden met Jezus gedurende een periode van zeven jaren. Op aarde vindt dan de meest verschrikkelijke periode van oordelen plaats met een diep demonische macht van satan. Aan het einde van die zeven jaren komt Jezus met de gelovigen fysiek terug op aarde en zal Jezus Koning worden en vangt het 1000 jaar Messiaanse Rijk aan waar de satan zal zijn gebonden in het dodenrijk.

Na deze 1000 jaar wordt satan nog één keer losgelaten en zal hij een oorlog tegen God beginnen om in een ultieme poging God van de troon te stoten. God overwint!! en gooit satan in de hel/Gehenna. Daarna roept God alle overleden ongelovigen voor Zijn Grote Witte Troon en zal HIJ een ieder naar zijn of haar werken oordelen. Dat eindigt voor de ongelovige in de hel/Gehenna. Deze dag van Gods oordeel wordt ook de “Jongste Dag” genoemd. God maakt dan een Nieuwe Hemel – een nieuw heelal - en een Nieuwe aarde. De zon, de zee en de maan zullen er niet meer zijn. God en het Lam Jezus zijn het licht!

Tenslotte daalt het Nieuwe Jeruzalem bij God vandaan. Dat zijn alle gelovigen die als Gemeente, als de BRUID neerdalen. De gelovigen tezamen vormen dus dat Nieuwe Hemelse Jeruzalem! Een geweldige stad die verlicht wordt door God en het Lam Jezus. In eeuwigheid zullen God en Jezus onder de gelovigen wonen. De Bruid zal God in alle eeuwigheid eren en ze mogen eten van de Boom des Levens dat is Jezus hun Lam en ze mogen vrij door de poorten naar binnen gaan. Buiten de stad zijn echter de honden en de zondaars. 

KIES DAAROM VOOR JEZUS! HIJ KOMT SPOEDIG. AMEN, HEER JEZUS, KOM!

Retse Talsma 

Admin - 14:33:38 @ Profetisch | 5 opmerkingen

  1. Els

    2022-11-14

    Zeer helder uitgelegd ! Ik mis alleen het stuk nog van de rechterstoel van Christus, waar ons, de gelovigen, nog een oordeel wacht.

  2. Willy Baukema

    2023-11-09

    ZO DAAR ZIJN GELOOF, HOOP EN LIEFDE, DOCH DE GROOTSTE VAN DEZE IS LIEFDE…

  3. Willy Baukema

    2023-11-09

    ZO DAAR ZIJN GELOOF, HOOP EN LIEFDE, DOCH DE GROOTSTE VAN DEZE IS LIEFDE…
    1KOR.13:13

  4. Willy Baukema

    2023-11-14

    Er zijn mensen die zielsveel van hun hond houden…
    Soms is hij hun enigste kameraad…

  5. Willy Baukema

    2023-11-14

    Bovenstaande is geschreven als reactie op de zin in uw artikel:
    “Of kies voor de buitenste duisternis waar de honden en de zondaars zijn…”

Opmerking toevoegen

Fill out the form below to add your own comments

Om geautomatiseerde spam zoveel mogelijk te beperken, is deze functie beveiligd met een captcha.

Hiervoor moet inhoud van de externe dienstverlener Google worden geladen en moeten cookies worden opgeslagen.


 


 

E-mailen
Map
Info
Instagram